Deze in Antwerpen geboren Franstalige auteur schreef vooral over verschoppelingen en mensen die ondanks zichzelf aan de rand van de maatschappij stonden. Hij was een van de eersten die homoseksualiteit op een positieve manier aan bod lieten komen in hun romans, wat hem in 1900 een geruchtmakend proces opleverde.
Georges Eekhoud (1854-1927)
Eekhoud debuteerde met gedichten, maar werd bekend met novellen en romans over het dagelijkse leven in de stad en op het platteland. Zijn grote sociale betrokkenheid en uitgesproken afkeer van de burgerij blijken uit een roman als La Nouvelle Carthage (1888), die zich afspeelt in de havenstad Antwerpen.
Naast romancier en dichter was Eekhoud kunstcriticus en vertaler. Zijn werk werd onder meer vertaald in het Duits, Engels, Russisch, Roemeens en Tsjechisch.
Dubbeltentoonstelling
Met een schat aan foto’s, boeken, dagboeken en brieven uit de eigen collecties én uit die van andere Europese archieven en bibliotheken brengen het Letterenhuis en de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience een dubbeltentoonstelling over de auteur.
Persoonlijk leven en engagement in het Letterenhuis
Het Letterenhuis focust op het persoonlijke leven en het engagement van Eekhoud. Zijn anarchistische en pacifistische overtuigingen en zijn pleidooi voor de Vlaamse emancipatiestrijd brachten hem na de Eerste Wereldoorlog in moeilijkheden.
De roman Escal-Vigor, over de (platonische) verhouding van een graaf met een jonge boer, resulteerde in 1900 in een sensationeel proces. Dat maakte zelfs een solidariteitsactie van binnen- en buitenlandse schrijvers los. Eekhoud werd vrijgesproken. Uit zijn dagboeken en brieven blijkt overigens dat de (getrouwde) schrijver niet slechts bekend was met de platonische kant van de herenliefde.
Literaire internationale contacten in de Erfgoedbibliotheek
In de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience ligt het accent op Eekhouds uitgebreide literaire en internationale contacten . Hij werd de Belgische Maxim Gorki genoemd. In 1893 was hij laureaat van de Vijfjaarlijkse Prijs voor Literatuur.
Ook de toenmalige homoseksuele context komt op de expo aan bod. De Nederlandse auteur Jacob Israël de Haan vroeg Eekhoud het voorwoord te schrijven voor zijn roman Pathologieën (1908) en inspireerde zich op diens werk voor een aantal dichtbundels. Ook Eekhouds contacten met bekende homoseksuele voorvechters en schrijvers als Magnus Hirschfeld, Numa Praetorius, Oscar Wilde, en André Gide worden belicht, evenals de Antwerpse groep rond het blad Ontwaking.
