28.01.2019
Het boek werd geveild op een veiling van Arenberg Auctions (Brussel). Het Dotatiefonds vult hiermee een lacune op in de collectie van de Erfgoedbibliotheek: van deze belangrijke middeleeuwse tekst, die verschillende keren in Antwerpen gedrukt werd, was tot nu toe geen enkel exemplaar in Antwerpen beschikbaar.
Albertanus van Brescia (c. 1195 – c. 1251) was een Italiaans notaris en advocaat die gespecialiseerd was in het geven van juridisch advies. Tijdens een periode als krijgsgevangene begon hij zijn gedachten op papier te zetten en werd hij ook schrijver. Zijn werk vertrekt steeds vanuit zijn eigen professionele leven, dat hij in een breder perspectief plaatst. Dat is ook het geval in dit Liber de arte loquendi et tacendi (‘Boek over de kunst om te spreken en te zwijgen’). Daarin beschouwt Albertanus de rol van de notaris: die moet weten wanneer hij zijn klanten raad moet geven, maar ook wanneer hij moet zwijgen en hen moet laten beslissen. Vanuit dat vertrekpunt filosofeert hij over gelijkaardige beroepen, en over de rol van professionele specialisten in het publieke leven. Die nieuwe beroepsgroep kreeg toen in Italië meer invloed, omdat de overheid steeds meer beroep op hen ging doen om een functionerende administratie uit te bouwen.
Het Liber de arte loquendi et tacendi was een zeer populaire tekst in de middeleeuwen, en oefende onder andere invloed uit op auteurs als John Gower, Geoffrey Chaucer, Christine de Pizan en onze eigen Jan van Boendale (c. 1280 – c. 1351), die als schrijver in dienst van de stad Antwerpen een gelijkaardig profiel had als Albertanus van Brescia. Boendale zou een gelijkaardige tekst op rijm geschreven hebben, getiteld Hoe men ene stat regeren sal.
In de eerste eeuw van de boekdrukkunst verschenen er enkele tientallen edities van Abertanus’ Liber de arte loquendi et tacendi. Gerard Leeu drukte er in Antwerpen minstens vijf, dit is zijn tweede editie. Ook andere drukkers uit de (Zuidelijke) Nederlanden legden de tekst op hun persen. Waarschijnlijk was hun doelpubliek de groeiende stedelijke ambtenarij, die op zoek ging naar een eigen identiteit en daarvoor onder andere vroeg-humanistische modellen zocht.