In enge zin gaat het om populair proza, boeken met verhalen die eeuwenlang populair bleven. Sommige van die verhalen zijn ook nu nog bekend, zoals over Reinaert de Vos of over Tijl Uilenspiegel. Andere, zoals De Vrouwenpeerle of De historie van den ouden ende den jongen Tobias zijn nagenoeg vergeten. De Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience heeft vele honderden volksboeken in haar collectie, gaande van de zestiende tot de negentiende eeuw.
Net doordat ze zo lang populair zijn gebleven, zijn deze verhalen erg interessante onderzoeksobjecten voor wat de Franse geschiedschrijving de longue durée noemt: ze functioneren als ijkpunt voor allerlei maatschappelijke en taalkundige veranderingen. Wanneer een verhaal verandert of verdwijnt, doordat het uit de mode raakt, gebeurt dat immers steeds in een ruimere maatschappelijke context.
Voor veel oude verhalen, zoals bijvoorbeeld Madelgijs, zijn van de oudste teksten niet veel meer dan enkele snippers overgeleverd. We kunnen die verhalen enkel reconstrueren op basis van boeken die vaak pas tweehonderd jaar later zijn gedrukt.
In de Middeleeuwen werden deze verhalen aan de adellijke hoven voorgedragen, maar in de loop van de Renaissance raakten ze daar uit de mode. Ze bleven echter nog een hele tijd populair bij de stedelijke elite, zoals de gedrukte ridderromans Ponthus en Sydonie en Olivier Van Castillen aantonen. Stilaan verliest ook de hogere burgerij haar interesse en wordt de traditie overgenomen door de lagere klassen.
In de zeventiende en vooral de achttiende eeuw ontstaan honderden verschillende edities van deze verhalen. Ze zijn zeer goedkoop uitgegeven op papier van slechte kwaliteit, met verouderd drukmateriaal en houtsnedes die tot op de draad versleten zijn. Omdat ze de lectuur van de 'gewone man' vertegenwoordigen, zijn ze interessant voor de studie van het dagelijkse leven.
De schrijver Hendrik Conscience (1812-1883) bijvoorbeeld moet in zijn jeugd tal van dergelijke verhalen van zijn moeder gehoord hebben. Op die manier vormen deze volksboeken een schakel die de middeleeuwse letterkunde verbindt met de heroplevende Vlaamse letteren in het midden van de negentiende eeuw. Het is wellicht geen toeval dat ook de eerste boeken van Conscience 'ridderromans' zijn ...