Tom Lanoye schreef zijn Shakespeare-bewerking Hamlet versus Hamlet voor een productie van het Toneelhuis en Toneelgroep Amsterdam. Naast de commerciële uitgave verscheen van deze theatertekst ook een bibliofiele uitgave, het resultaat van een intensieve samenwerking tussen boekbindster Pau Groenendijk en mode-ontwerper Tim van Steenbergen, en in samenwerking met Tom Lanoye en antiquariaat J. De Slegte (Antwerpen). De oplage omvat twintig door Tom Lanoye genummerde en gesigneerde exemplaren, naast tien geletterde exemplaren “hors serie” die een originele kostuumtekening van Tim van Steenbergen bevatten.
Bibliofiele uitgave
Deze bibliofiele uitgave heeft een schutblad van antiek goud-sierpapier uit Aschaffenburg van 1920. Voor de rugbekleding van het boek werd gebruik gemaakt van de speciaal bedrukte zijde van kostuums uit de voorstelling, van mode-ontwerper Tim Van Steenbergen. De platten zijn van edelhertperkament, de kopsnede is verguld. Aan de staart van het boek lijken muizen te hebben geknaagd. De uitgave werd verrijkt met prints uit het werkarchief van kostuumontwerper Tim van Steenbergen, en twee foto’s van de toneelvoorstelling door fotograaf Jan Versweyveld.
Glorie en verval
Concept en uitvoering zijn van boekbindster Pau Groenendijk, die de opdracht als volgt samenvat: “Lanoye’s tekst, en dus ook dit boekobject, vroeg om een uitwerking van het thema glorie en verval. Dat werd dan ook het concept waarbinnen ik de materialen en technieken heb uitgezocht en uitgewerkt. Voor de band koos ik edelhertperkament. Het heeft een prachtige tekening die schoonheid en afstoting in zich verbindt. Dit oermateriaal dat aan kastelen en jacht doet denken, is toch ook een klassiek boekbandmateriaal. Met de bedrukte stof was het de uitdaging om ze niet traditioneel te gebruiken. Vandaar dat ik (onder invloed van de kostuums en denkend aan Ophelia) koos voor een plooirokje. Maar ik liet naar onderen toe de stiksels stoppen, zodat de plooi wegvalt en het eindigt in een los vallende stof met rafels die ook het onder liggende bindsel niet meer bedekt. Je kan dus zo gezegd onder haar rokken kijken. Het eerste schutblad doet nog denken aan glorie van oud goud, vandaar ook de vergulde kopsnede. Maar dan is het wel uit met de pret, en het verval komt naar onder toe op elke pagina prominent in beeld. Tegenover de vergulde kopsnede staat de onderkant van het boekblok die compleet aangetast lijkt door water, schimmel en muizen. De foto’s en illustraties waarmee het boek doorschoten is, trekken de lezer weer naar toneel. Elk boek heeft een eigen combinatie van illustraties, elk exemplaar is dus ook uniek. Het geheel wikkelde ik in een zwarte lap met eenvoudige sluiting.”